Tom trouwde op tweeëntwintig jaar en leerde twee jaar later, tijdens een congres in het buitenland, een jonge vrouw kennen op wie hij op slag verliefd raakte. Zijn gevoelens werden beantwoord. Tom en Sara brachten de nacht samen door, kussend en strelend, maar zonder echt met elkaar naar bed te gaan. Thuisgekomen biechtte Tom zijn avontuurtje op aan zijn vrouw, die hem voor de keuze stelde: of hij koos voor haar, of voor de ander. Tom koos voor zijn vrouw.

Sara, die inzag dat een relatie met de man die ze wou niet kon en niet mocht, trouwde anderhalf jaar later met een andere man die haar al het hof maakte toen ze Tom nog niet had ontmoet. Ze was niet verliefd op hem, maar ze mocht hem wel, en hoe langer ze hem kende, hoe meer ze hem leerde waarderen.

Sara hoopte dat, zoals dat in de boeken gebeurt, Tom ooit nog iets van zich zou laten horen, en dat ze elkaar weer zouden ontmoeten. Ze was bereid in dat geval van haar man te scheiden; ze was zelfs bereid enkel Toms minnares te zijn; en soms droomde ze ervan dat ze hem al was het maar één keer in haar leven terugzag. Ze stelde zich voor hoeveel ze elkaar te vertellen zouden hebben, hoe ze door het park vlakbij haar huis wandelden, hoe ze zoenden en met elkaar naar bed gingen, op een manier die al wat ze tot nu toe beleefd had overtrof.

Maar Sara bleef maar dromen, en zolang ze bleef dromen – d.i. tot het einde van haar leven – liet Tom nooit meer iets van zich horen.

Dingen komen aanwaaien', zei Zwang Wi, 'ik zie ze, grijp ze.' 'U grijpt ze?' 'Soms wel, meestal niet', zei Zwang Wi